NHG-vermogen staat lagere premie toe

Met een aanwezig garantievermogen van 1,1 miljard euro moet de premie voor een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (NHG) volgend jaar echt omlaag, zegt Rob Mulder, directeur Belangenbehartiging bij Vereniging Eigen Huis.
‘In 2008 bedroeg de premie 0,45% en in 2006 0,28% van de hypotheeksom.’
Mulder reageert hiermee op het gisteren gepubliceerde jaarverslag van het Waarborgfonds Eigen Woningen, de organisatie achter de NHG. Het totale garantievermogen van het fonds nam in 2017 met 134 miljoen euro toe tot 1.113 miljoen (2016: 979 miljoen).
Mulder: “Het Waarborgfonds heeft op alle vlakken de wind in de rug. Het premie-inkomen neemt nog sneller toe dan werd verwacht, het verzekeringsrisico neemt verder af en het aantal verliesdeclaraties daalt sterk. Het vermogen van het waarborgfonds is sinds 2008 bijna verdrievoudigd. De kapitaalratio, een maatstaf die aangeeft in welke mate het Waarborgfonds in staat is verliesdeclaraties van mensen met een NHG-hypotheek op te vangen, is in tien jaar tijd niet zo gunstig geweest. Er is dus voldoende ruimte om de premie te verlagen.”
Door de nieuwe financieringsregels is meefinancieren van de NHG-premie niet mogelijk. Mulder: “De premie van 1% over de afgesloten hypotheek moet de koper uit eigen middelen betalen. Dat maakt de NHG voor veel starters te duur. We horen regelmatig dat zij afzien van deze hypotheekzekerheid vanwege de hoge premie. Vereniging Eigen Huis wil dat de premie voor huizenkopers wordt verlaagd. In 2008 bedroeg de premie 0,45% en in 2006 0,28% van de hypotheeksom.”
Volgens NHG-directeur Arjen Gielen stelt de groei van het garantievermogen NHG juist in staat om door te gaan op de ingeslagen weg om bij te dragen aan een structureel gezonde woningmarkt. “Enerzijds via de garantiestelling, om de financiële risico’s van een eigen koopwoning te beperken. Anderzijds om groepen die het moeilijk hebben op de woningmarkt toegang te geven tot een verantwoorde financiering van een eigen woning. Denk bijvoorbeeld aan flexwerkers, zzp’ers en senioren.”